ptss begrijpen vanuit de cgt leermodellen
Posttraumatische Stressstoornis (PTSS) is een complexe aandoening die diep geworteld is in de mechanismen van ons leerproces. Een van de meest gebruikte theoretische kaders om PTSS te begrijpen is het leertheoretische model, dat op zijn beurt principes als klassieke en operante conditionering omvat. Binnen cognitieve gedragstherapie wordt gedrag en emotie verklaard vanuit dit model en wordt de behandeling vanuit deze principes vorm gegeven. Laten we eens dieper ingaan op hoe deze modellen ons helpen om zowel het ontstaan als de instandhouding van PTSS te begrijpen.
Klassieke conditionering: De oorsprong van angstassociaties
Klassieke conditionering, op basis van Pavlov's beroemde experimenten, richt zich op het ontstaan van angstreacties na een traumatische ervaring. In dit model wordt een neutraal en spanningsloos begrip (neutrale stimulus), zoals een auto, gekoppeld aan een traumatische gebeurtenis, zoals een auto-ongeluk. Hierdoor wordt de "neutrale" auto een spanningsvol begrip (geconditioneerde stimulus) die op zichzelf angst oproept. Wanneer je de auto ziet, komen zowel de herinnering aan het ongeluk als de angst voor een nieuwe crash naar boven. Het is belangrijk om te weten dat hoe sterk deze gevoelens zijn, bepaalt hoe je reageert. Direct na het ongeluk kan de angst het sterkst zijn, maar vaak wordt die na verloop van tijd minder. Bij sommige mensen blijft die angst echter bestaan en kan dat leiden tot PTSS.
Operante conditionering: De rol van vermijdingsgedrag
Operante conditionering richt zich op de instandhouding van angstgedachten en angstgevoelens door vermijdingsgedrag. Wanneer iemand vermijdt om in de auto te stappen uit angst voor een herhaling van het ongeluk, wordt de angst niet uitgedaagd en blijft deze bestaan en kan soms zelfs groeien en zich uitbreiden. Het vermijdingsgedrag wordt versterkt door de opluchting die het brengt, waardoor het zichzelf in stand houdt en de angst blijft bestaan. Het verminderen van gevaarsverwachtingen bij mensen met PTSS is een belangrijk aspect van behandeling. Een veelvoorkomende overtuiging bij mensen met PTSS is dat ze niet in staat zullen zijn om de emotionele impact van hun traumatische herinneringen te verdragen. Door hen bloot te stellen aan deze herinneringen onder gecontroleerde omstandigheden, zoals in therapie, kunnen ze echter ontdekken dat deze verwachting niet altijd uitkomt. Dit proces, bekend als exposuretherapie, biedt hen de kans om te ervaren dat ze sterker zijn dan ze dachten en dat ze de emotionele reacties kunnen verdragen en zelfs verminderen. Zo'n ervaring kan de gevaarsverwachtingen doen afnemen en het herstel bevorderen.
Interventie op basis van leermodellen: Het doorbreken van de cyclus
Behandelingen voor PTSS draaien vaak om twee belangrijke dingen: het doorbreken van gewoontes om situaties te vermijden die angst oproepen, en het weer leren om die situaties als veilig te ervaren. Een voorbeeld van zo'n behandeling is exposuretherapie. Hierbij wordt iemand stap voor stap blootgesteld aan dingen die hem/haar bang maken, zonder dat er echt gevaar is. Zo kan iemand ervaren dat de angst minder wordt, omdat de gevreesde dingen niet gebeuren. Binnen Clarify Therapy wordt dit als helpend ervaren en geven mensen aan, na soms vele jaren leven met angst, dat ze zich weer vrij voelen. Ben jij nieuwsgierig geworden naar het aanbod en welke leergeschiedenis jij hebt opgedaan in je leven? Neem dan contact op via onderstaande contactknop.